🩵 Kankerlicht – Het masker dat mij stil kreeg

🩶15:33 De bel die niemand wil horen

Het was een telefoontje op vrijdagmiddag om 15:33. Ik was net een bierproeverij met kwis aan het voorbereiden. In een paar minuten veranderde mijn middag van luchtig naar loodzwaar. Sinds dat moment probeer ik alles wat er gebeurt op te schrijven. Niet om medelijden te krijgen, maar om mijn hoofd en hart bij elkaar te houden. Deze blogs zijn mijn manier om te begrijpen, te delen en te laten zien hoe ik hiermee omga — soms serieus, soms met humor, maar altijd echt.

“Het leven belt niet van tevoren om te vragen of het uitkomt.”


🩶 De GO die tegelijk zucht en vonk was

Vandaag zaten Sylvia en ik bij de arts die moest beslissen: bestralingen of niet. De GO of NOGO, het klonk bijna als een spelshow, ware het niet dat de inzet mijn toekomst was.
Na een zorgvuldig gesprek kwam het verlossende woord: GO. Dertig sessies, start maandag, einde 28 december. “De kans op volledig herstel ligt tussen de 85 en 95 procent,” zei ze met die kalme toon die tegelijk geruststelt en een beetje angst inboezemt. “Ik kan nooit 100% zeggen, dat begrijpt u.”
Natuurlijk begreep ik dat. Maar ergens klonk 95% als een jackpot. Voor het eerst sinds weken voelde ik dat de balans weer een beetje mijn kant op kantelde. Er was hoop, tastbaar, in cijfers gegoten. En die cijfers voelden als zuurstof. Voor nu is het rust, met een tussenstand: Henro 2 – Kanker 0.

“Soms is goed nieuws niet luid, maar precies genoeg.”


🩶 De logistiek van genezing

Na de GO kwam het papierwerk, de administratieve achterkant van hoop. We kregen uitleg over reiskostenvergoeding, parkeerrechten en een speciaal vak op de MST-parkeerplaats: één deur verwijderd van de afdeling waar mijn nieuwe routine zal beginnen. Het klinkt banaal, maar die praktische zorg doet iets met je. Alsof het ziekenhuis zegt: “We weten dat dit rot is. Laten we het in elk geval iets minder onhandig maken.”
Iedere medewerker, van baliemedewerker tot laborant, straalt een soort geduld uit dat ik nauwelijks ken in andere sectoren. Geen haast, geen zuchten, geen “even snel”. Alleen mensen die weten wat ze doen, en dat doen met warmte. En terwijl ik daar zat, tussen folders en afsprakenkaarten, besefte ik: dit is geen fabriek. Dit is een gemeenschap van zorg.

“Soms zit menselijkheid verstopt in een parkeervergunning.”


🩶 Van warme theedoek tot pantser

En toen kwam het masker. Een warme, natte, slappe lap werd over mijn gezicht gelegd. Het voelde alsof iemand een natte theedoek had neergelegd om me af te drogen, maar vergat hem weg te halen. In een paar minuten veranderde dat zachte doekje in een hard, koud pantser.
Tien minuten moest ik stil liggen terwijl het uithardde. Geen beweging, geen kriebel, geen kuchje. Alleen mijn adem onder het plastic raster dat straks mijn gezicht zal fixeren tijdens elke bestraling.
Toen ze het verwijderden, voelde het vreemd vertrouwd. Alsof ik net kennis had gemaakt met iets wat de komende weken letterlijk mijn gezicht bepaalt. En eerlijk: het viel mee. Het masker was geen vijand, maar eerder een bondgenoot. Het helpt me om precies te blijven liggen, zodat het licht kan raken wat moet, en sparen wat mag.

“Soms begint controle met overgave.”


🩶 De CT van de precisie

Even later mocht ik het masker testen tijdens een voorbereidende CT-scan. Een technologische dans van millimeters, lasers en markeringen. De lijnen op het masker werden getekend met chirurgische aandacht, alsof ik tijdelijk tot landkaart was gepromoveerd.
Het personeel vroeg voortdurend of ik het nog trok, of ik benauwd was. Dat was ik niet. Wat ik wél vervelend vond, was het infuus voor het contrastmiddel. Die naald in mijn arm is nog steeds mijn persoonlijke vijand. Iedereen die me kent weet: ik kan best veel hebben, behalve een infuus. Ik ben bang voor infusen en naalden, en geloof me, ik krijg momenteel mijn portie.
De scan zelf duurde exact tien minuten. Tien minuten waarin mijn toekomst werd uitgelijnd, pixel voor pixel. Daarna mocht ik weer ademen, letterlijk en figuurlijk.

“Je leert pas echt stil te liggen als stilstand vooruitgang betekent.”


🩶 De echte strijders

Iedereen zegt dat ik vecht tegen kanker. Maar eerlijk gezegd: ik lig vooral stil, met een masker op. De echte strijders lopen om me heen. De verpleegkundigen, de technici, de artsen die weten wanneer ze moeten praten en wanneer niet. En natuurlijk de sterkste strijdster, Sylvia, mijn rots in alles wat vloeibaar voelt.
Zij is degene die mijn hand vasthoudt op het juiste moment, die al mijn eten en drinken regelt, die de gesprekken voert met artsen en verpleegkundigen, en die werkelijk alles organiseert wat ik niet kan. Haar zorg is niet heroïsch, maar precies. Subtiel. Zoals je een plant water geeft zonder hem te verzuipen.
Ik weet dat zij het zwaarder heeft dan ze laat merken. En dat besef maakt mij nederig. Want deze ziekte mag dan in mijn lijf zitten, de last ervan dragen we samen.

“Sommige helden dragen geen cape, maar een trouwring.”


🩶 Texel in zicht

Na het laatste behandelgesprek pakten Sylvia en ik de agenda erbij. De laatste bestraling valt op 28 december. De dag erna vertrekken we, zoals elk jaar, naar Texel, onze jaarlijkse vlucht weg van het vuurwerk. Alleen dit keer voelt het symbolischer dan ooit: weg van het lawaai, letterlijk en figuurlijk.
Ik zie het al voor me: koude lucht, lege stranden, handen in de jaszakken, stilte. Misschien nog wat zout op mijn lippen, niet van tranen, maar van de zee. Even geen lasers, geen afspraken, geen wachtkamers. Alleen wind, water en wij.

“Soms is weggaan de mooiste vorm van thuiskomen.”


🩶 Voor nu

Voor nu is het rust. Een paar dagen bijkomen, aansterken en proberen een normaal leven te leiden tussen het wachten door. Vanaf maandag begint het aftellen: dertig keer onder het masker, dertig keer vertrouwen op de techniek, dertig keer stil liggen.
Ik weet dat het zwaarder gaat worden. Elke dag zal een beetje vervelender zijn dan de vorige. De bijwerkingen zullen zich opstapelen, langzaam maar gestaag. Toch weet ik dat elk ongemak mij dichter bij herstel brengt. Dus ik blijf doen wat ik kan: schrijven, lachen waar het kan, luisteren naar mijn lijf en lief zijn voor wie naast me loopt.

“Zwaarte mag licht hebben. En licht weegt soms verrassend veel.”


Ontdek meer van Data-Pro BV

Abonneer je om de nieuwste berichten naar je e-mail te laten verzenden.

Dit bericht heeft één reactie

  1. Patrick

    Kan maar 1 ding zeggen , respect voor jullie😘

Geef een reactie